Debutant Marnix de Wit in familietraditie naar het podium

Er zijn van die vragen die je niet hoeft te stellen omdat je het antwoord eigenlijk al weet. Bij de Hankook Supercar Madness Finaleraces dook in de Ford Fiesta Sprint Cup plotseling de naam op van Marnix de Wit. Ford Fiesta, De Wit, meteen op het podium, zou het familie zijn van? Inderdaad, de 23-jarige Marnix is de jongere broer van meervoudig Fiesta-kampioen Laurens de Wit. Een trillend voetje met als gevolg een valse start vanaf poleposition bij race één was het enige smetje, maar met twee keer een podium in de Divisie 1 smaakte dit debuut zeker naar meer en is de concurrentie gewaarschuwd voor nog een De Wit.

“Bij ons in de familie kom je vanzelf wel in de autosport terecht, anders ben je geen echte De Wit en hoor je er niet bij”, steekt een breed lachende Marnix de Wit van wal. “Ik kreeg dit weekend de kans om mijn debuut te maken in de Ford Fiesta Sprint Cup, en die mogelijkheid heb ik natuurlijk met beide handen aangegrepen”, aldus de voor MV Motorsport van Maikel Verkade in een maagdelijk witte Fiesta uitkomende De Wit.

Dat auto’s en autosport als een rode draad door het leven van de familie De Wit lopen, blijkt ook bij Marnix. “Ik ben in het tweede jaar van mijn opleiding aan de IVA Business School. Ik wil meer de management- en verkooprichting op. Sleutelen aan mijn kart en eigen raceauto vind ik nog wel leuk, maar de hele dag sleutelen is niet zo mijn ding”, aldus de in Nieuwerkerk aan den IJssel woonachtige De Wit.

“Ik heb heel veel gekart en ben daar veel langer dan Laurens in blijven hangen. Pas twee jaar geleden heb ik de overstap naar de autosport gemaakt. Bij de DNRT-evenementen heb ik gereden met de VEGE, de auto waarmee mijn vader nog actief was in de toenmalige VEGE Series. We hebben daar nog een container aan onderdelen van staan, inclusief een voorraad van die polyester bodypanelen. Schade rijden was dus geen probleem en kostte niets”, blikt een opgewekte De Wit terug.

“Laurens reed natuurlijk al een paar jaar in de Ford Fiesta Sprint Cup en nu kreeg ik de kans om ook mee te doen.” En dan sta je bij je debuut in de eerste race van het weekend meteen op poleposition. “Ja, dat was wel even heel apart. Ik was tiende in de kwalificatie, maar door de omgekeerde top vijf per land kwam ik op de eerste startplaats terecht. Ik heb nog gauw een spoedcursus starten van Laurens gehad, maar dat mocht niet baten. Ik was zo zenuwachtig dat ik mijn voet niet stil kon houden en dus was ik te vroeg weg. Die VEGE waar ik mee gereden heb is totaal anders, achterwielaandrijving een ander soort koppeling, ga zo maar door.

Het kostte me dus vijf strafseconden. In de race kwam ik voor Laurens te liggen en die heb ik het natuurlijk niet moeilijk gemaakt. Eenmaal achter hem kon ik zijn tempo een tijdje goed volgen. Omdat de baan bij de start nog nat en koud was, zat iedereen wat banden betreft op een andere strategie. Tegen het eind profiteerde hij van zijn bandenkeuze en moest ik lossen”, blikt De Wit op zijn toch meer dan geslaagde debuut terug. De rookie passeerde namelijk als achtste de finish en na bijtelling van de vijf strafseconden werd dat een elfde plaats algemeen. In de Divisie 1 voor rijders tot en met 24 jaar was dat echter goed voor de derde positie en daarmee stond De Wit meteen op het podium, een familietraditie zou je bijna zeggen.

De tweede race van de dag op een inmiddels donker TT-Circuit Assen leverde voor De Wit opnieuw een elfde positie algemeen en een derde plaats in de Divisie 1 op. Daarmee mocht de debutant in zijn eerste weekend meteen twee bekers in ontvangst nemen. “De Fiesta is nu nog helemaal blanco, maar de komende maanden gaan we op zoek naar sponsors zodat ik volgend jaar het hele seizoen mee kan doen. Dit debuut smaakt zeker naar meer”, keek De Wit terug en vooruit.

Het mag voor de concurrentie duidelijk zijn, volgend seizoen is het niet automatisch Laurens de Wit die voor hun neus rijdt of in de spiegels opdoemt. Ze zullen met nog een De Wit moeten afrekenen om voor de winst te gaan.